Wachtwoorden

Een digitale nalatenschap – wat laat je achter als je komt te overlijden? Ook tijdens je leven is het al belangrijk dat je weet welke digitale ‘voetsporen’ je hebt. En dan bedoel ik niet je digitale CO2 afdruk, maar waar je zoal bent ingeschreven, wie je gegevens hebben.
Hou je bij waar je je registreert en welke wachtwoorden je gebruikt? Dat kun je op verschillende manieren doen. In mijn praktijk kom ik van alles tegen: van een handgeschreven lijst tot een digitale wachtwoordenkluis, van een boekje tot notities in de telefoon. Wat is nu de beste manier?? Zoals bij het organiseren van spullen of digitale bestanden, je moet een manier hebben die bij je past – en dan ook nog veilig is.
En je moet er ook rekening mee houden, dat iemand anders er ook nog iets mee kan doen, voor het geval je plotseling in het ziekenhuis ligt of erger nog, komt te overlijden. Ik maak vaak genoeg mee dat mensen zoveel werk hebben aan het achterhalen van wachtwoorden om zaken te regelen of af te ronden.

Enkele tips:

  • Gebruik sowieso sterke wachtwoorden*
  • Maak gebruik van de tweevoudige verificatie (een extra controle via je smartphone) als je ergens inlogt
  • *Sterke wachtwoorden: hoe langer het wachtwoord, hoe moeilijker het is om het te kraken. Een zin zoals ‘mijn bakfiets heeft een rood wiel’ of iets dergelijks is zo goed als ‘onkraakbaar’. Lees hier nog wat extra tips
  • Gebruik een digitale wachtwoordmanager, zoals Keepass. De Consumentenbond heeft er goede informatie over. Ik gebruik zelf de wachtwoordenkluis van mijn Apple apparaten (via de iCloud).
  • Doe je het liever met de hand: schrijf of typ je wachtwoorden op een lijst die je steeds aanpast. Een goede plek om de geschreven of geprinte lijst op te bergen is in een boek in de boekenkast. Wil je hem digitaal bewaren: noem hem dan niet ‘wachtwoorden’. Verzin ook hier een list 🙂 en laat het wel weten aan je partner of kinderen.

Niets geeft je 100% garantie dat je wachtwoorden veilig zijn. Want ook de digitale wachtwoordenkluisjes worden weleens gehackt. Nogmaals: neem een manier die bij je past en die je goed kunt onderhouden. En verander regelmatig je wachtwoorden.

Het kleuterschoolprincipe

Uit welk ‘bouwjaar’ je ook stamt, iedereen heeft een tijdje in een kleuterklas (of de eerste groepen van de basisschool) gezeten. En daar heb je spelenderwijs leren organiseren. Julie Morgenstern, de ‘moeder’ van het beroep professional organizer, heeft het in haar boek ‘Organiseren van binnen naar buiten’ mooi beschreven. Ze noemt het het ‘Kleuterschool-Organisatiemodel’.
Organiseren is “je ruimte zodanig inrichten dat deze weerspiegelt wie je bent en wat voor jou belangrijk is, én dingen logisch en makkelijk indelen zodat het makkelijk is om op orde te blijven”.
In de kleuterschool heb je vaak te maken met de ‘bouwhoek’, de ‘knutselhoek’, de ‘verkleedhoek’, de ‘leeshoek’, de ‘natte hoek’ en misschien nog een ‘muziekhoek’. Wat het kleuterschool-principe tot een succes maakt is het volgende:
  • De ruimte is verdeeld in activiteitenzones
  • Je kunt je dan ook makkelijk op die activiteit concentreren, zonder gestoord te worden door andere spullen of activiteiten
  • De spullen worden opgeborgen, ‘wonen’, bij de plek waar ze worden gebruikt
  • Dingen opbergen is makkelijk en leuk – alles heeft zijn eigen plekje
  • Je hebt meteen visueel overzicht op die plek – alles wat je nodig hebt is er

Dit principe is universeel; je komt het overal ter wereld op kleuterscholen tegen. Het mooie van het kleuterschoolmodel is, dat je het op alles kunt toepassen, van een heel huis tot één kamer of één kast of lade.

Wil je gaan reorganiseren volgens dit model, inventariseer dan eerst wat je in die ruimte te doen hebt en welke spullen daarbij horen. Zoek vervolgens de meest logische plek voor de spullen, dichtbij de plek waar je ze gebruikt of verwerkt. In een keuken bijvoorbeeld zorg je dat je de snijplanken, messen, kommen, lepels, kruiden etc. bij de hand hebt. En opslag of voorraad altijd op een andere plek; zet alleen de pakjes, potjes, etc. die open zijn binnen handbereik.
Bij het bepalen van de ‘zones’ kun je bekijken wat er zich al op een natuurlijk wijze heeft verzameld. Verwerk je de post altijd aan de keukentafel, liggen er altijd stapels? Maak daar dan een plek waar je ze kunt verzamelen (en eventueel 1 x in de maand opbergen op een andere plek in huis).

Zo kun je ook met de ‘zone’ ogen gaan kijken naar je gang, je werkplek, enfin, zoals gezegd het hele huis. Een een werkplaats is natuurlijk ook een dankbaar gebied voor zones.
Maak gebruik van de ruimte en opbergmogelijkheden die er nu zijn, ga niet te snel een nieuwe kast of bakjes kopen.

Veiligheid op reis

 

 

Veiligheidstip 1: Vakantie is hét moment om een back-up van je foto’s te maken. Of je nu in eigen land blijft of ver weg gaat. Je denkt misschien – mijn foto’s heb ik ook in de cloud – maar daar kan ook wat mee gebeuren! Een cloud is daardoor niet echt een goede back-up. Zeker niet als het een cloud is die alleen maar synchoniseert. Wat je het beste kunt doen, is het 3-2-1 systeem aanhouden. Zorg voor 3 kopieën van je foto’s, op 2 verschillende media, en 1 op een andere plek. Dus bijvoorbeeld één op je computer, één op een externe harde schijf en nog één op een externe harde schijf – op een andere plek (ander huis). Die ‘andere plek’ kan ook een cloud zijn.

Veiligheidstip 2: Data-blocker. Als je op reis bent, zul je je telefoon overal op gaan laden. Op handige blokjes op het vliegveld, onder je stoel in de trein, in hotels, op campings, in cafés en restaurants, etc. Het opladen op openbare plekken brengt een risico met zich mee: hackers kunnen die oplaadplekken misbruiken en spionagesoftware op je telefoon zetten. En dan allerlei inloggegevens oppikken. Het is veiliger om zoveel mogelijk met een powerbank op te laden. En nog veiliger is het om een datablocker te kopen en die te gebruiken. Dat is een usb stekker (ze noemen het ook wel een usb condoom :)), die alleen de stroom die je nodig hebt doorlaat, en geen data. Er zijn ook kabels datablockers. Kijk eens bij Bol.com. wat ze hebben.

Pas ook op met gratis wifi. Ook daar kunnen hackers bezig zijn, die een nepnetwerk opzetten en daarmee het dataverkeer van alle verbonden apparaten volgen.

 

Maak je (vakantie) grenzen

Maak je vakantiegrenzen; kaarten in een rek.

De zomerperiode is er, en misschien ga je met vakantie. Vaak kies je dan voor een heel andere manier van leven. Bijvoorbeeld in een klein huis, een tent, of met alleen wat tassen en een fiets. Je neemt een uitgekiende hoeveelheid spullen mee in een koffer en laat je e-mail voor wat het is. Je begrenst bepaalde mogelijkheden, want dán kun je met volle teugen van een andere omgeving genieten. Je wordt handig in het omgaan met minder spullen, verzint creatieve oplossingen, en hebt, nu zonder tv of computer, eindelijk tijd voor dat boek.

Lees verder “Maak je (vakantie) grenzen” →

Ontboeken?

Ontboeken. Detail van 'boekenmuur'.

 

Boeken zijn meestal niet het makkelijkste onderdeel van een huis-opruimproject. Ze horen bij een deel van je leven, zijn meubilair geworden, zijn je geheugen, staan  vertrouwd. Maar ze kunnen ook veel plaats innemen, stof vangen, opgegeten worden door papiervisjes…. Lees verder “Ontboeken?” →